Medische beroepen

De 5 mogelijke samenwerkingsvormen van een arts in een groepspraktijk.

Virginie Walraedt
16 juli 2024
Tegenwoordig gaan steeds meer artsen aan de slag in een groepspraktijk. En dat is niet verwonderlijk: naast de gedeelde kosten en het bundelen van diverse expertise kan je vaak ook genieten van een betere balans tussen werk en privé. Maar welke samenwerkingsvormen zijn er allemaal? En welke pas het best bij jouw situatie? Onze experts leggen het je met plezier uit.

Optie 1: de kostenassociatie

Een kostenassociatie is een samenwerkingsvorm waarbij artsen de kosten van de praktijk delen zonder hun inkomsten te poolen. Dit betekent dat kosten zoals huur, secretariaat, en medische apparatuur gezamenlijk worden gedragen, terwijl elke arts zijn eigen inkomsten behoudt. Bovendien zijn alle goederen die via de associatie worden aangekocht, mede-eigendom van de partijen binnen de kostenassociatie.
We sommen de belangrijkste voor- en nadelen voor je op:

Voordelen

Nadelen

1. Eenvoudige opzet: er zijn geen complexe juridische structuren nodig. Er is hierbij geen sprake van een vennootschap.

2. Kostendeling: gezamenlijke betaling van vaste kosten zoals huur en apparatuur.

3. Onafhankelijkheid: elke arts behoudt zijn eigen inkomsten, wat financiële autonomie biedt.

1. Beperkte financiële samenwerking: inkomsten worden niet gedeeld, wat de samenwerking financieel minder hecht maakt.

2. Potentiële conflicten: er kunnen meningsverschillen ontstaan over de verdeling van kosten en verantwoordelijkheden.

Let op: in sommige gevallen kan je ervoor kiezen om bepaalde inkomsten wél te delen en te laten storten op een gemeenschappelijke rekening. Zo wordt bij huisartsen vaak de GMD en zorgtrajecten gepooled en wordt het saldo na aftrek van de kosten dan verdeeld. Het spreek voor zich dat het maken van duidelijke afspraken (op papier) nodig zijn om – in het slechtste geval – conflicten te voorkomen.

Optie 2:  de middelenvennootschap

Een tweede optie is de middelenvennootschap. Hierbij richten de artsen een vennootschap op om gezamenlijk middelen zoals apparatuur en praktijkruimtes te beheren. In deze structuur worden de middelen gedeeld, maar de inkomsten blijven gescheiden. De vennootschap factureert de artsen voor het gebruik van de gedeelde middelen.
De voor- en nadelen voor je opgesomd:

Voordelen

Nadelen

1. Professioneel beheer: gezamenlijk beheer van dure middelen en infrastructuur.

2. Kostenbesparing: efficiënter gebruik van middelen kan leiden tot kostenbesparing.

3. Onafhankelijkheid: elke arts behoudt zijn eigen inkomsten, wat financiële autonomie biedt.

1. Complexiteit: juridische en administratieve opzet kan ingewikkeld zijn.

2. Fiscale verplichtingen: mogelijks extra belastingverplichtingen.

3. Potentiële conflicten: meningsverschillen over het gebruik en beheer van middelen.

Ook hier is het maken van goede en duidelijke afspraken noodzakelijk. Uiteraard staan onze experts voor je klaar om jou en je collega-artsen te adviseren waar nodig.

Optie 3: infrastructuur in ruil voor vergoeding

Artsen kunnen er ook voor kiezen om hun eigen infrastructuur beschikbaar te stellen aan collega's in ruil voor een vergoeding. Dit model houdt in dat één of meerdere artsen hun praktijkruimte, medische apparatuur en andere faciliteiten verhuren aan andere artsen. Hierdoor kunnen de verhuurders extra inkomsten genereren en de huurders profiteren van bestaande infrastructuur zonder grote investeringen te doen.
De voor- en nadelen zijn als volgt:

Voordelen

Nadelen

1. Extra inkomsten: verhuurders verdienen geld door hun infrastructuur te verhuren.

2. Kostenbesparing voor huurders: huurders vermijden hoge initiële investeringen.

3. Flexibiliteit: huurders kunnen gebruik maken van de infrastructuur zonder lange termijn verplichtingen.

4.  Onafhankelijkheid: elke arts behoudt zijn eigen inkomsten, wat financiële autonomie biedt.

1. Onderhoudsverantwoordelijkheid: verhuurders blijven verantwoordelijk voor onderhoud en updates van de infrastructuur.

2. Potentiële conflicten: verschillen in verwachtingen en gebruik van de ruimte kunnen tot conflicten leiden.

Optie 4: de werkvennootschap

Een vierde optie is de werkvennootschap. Dit is een samenwerkingsvorm waarbij artsen hun praktijken volledig integreren door zowel middelen, kosten als inkomsten te delen. De vennootschap int alle erelonen, waarna artsen een vergoeding ontvangen voor hun werk en als aandeelhouders in de winst delen. Alle officiële documenten, zoals inkomende facturen en medische getuigschriften, staan op naam van de vennootschap. Hierdoor vereist dit model een hoge mate van samenwerking en vertrouwen.

Voordelen

Nadelen

1. Volledige financiële integratie: inkomsten en uitgaven worden gedeeld, wat kan leiden tot hogere efficiëntie.

2. Gedeelde werklast: artsen kunnen werk en verantwoordelijkheden beter verdelen.

3. Potentieel hogere winst: geoptimaliseerde middelen en gedeelde kosten kunnen de winst verhogen.

1. Complexe juridische structuur: gedetailleerde juridische en fiscale afspraken zijn vereist.

2. Hoge mate van samenwerking: vertrouwen en goede communicatie zijn essentieel.

3. Potentiële conflicten: verschillen in werkethiek en verwachtingen kunnen tot spanningen leiden.

Optie 5: de maatschap

Ten slotte is er de maatschap. Ook hier worden zowel alle kosten als inkomsten gedeeld. De maatschap int alle erelonen en betaalt alle kosten, het saldo wordt verdeeld conform een afgesproken verdeelsleutel. Het verschil met de werkvennootschap is dat de maatschap geen rechtspersoonlijkheid heeft en er dus minder fiscale en administratieve verplichtingen zijn. Ook hier is er een hoge mate van samenwerking en vertrouwen verreist.

Voordelen

Nadelen

1.  Eenvoudige opzet: er zijn geen complexe juridische structuren nodig. Er is hierbij geen sprake van een vennootschap.

2. Volledige financiële integratie: inkomsten en uitgaven worden gedeeld, wat kan leiden tot hogere efficiëntie.

3. Solidariteit: er kunnen bepaalde afspraken gemaakt worden om de uitbetalingen solidair te maken.

1. Hoge mate van samenwerking: vertrouwen en goede communicatie zijn essentieel.

2. Potentiële conflicten: verschillen in werkethiek en verwachtingen kunnen tot spanningen leiden.

Belangrijk: bij elk van bovenstaande opties kunnen er diverse btw-verplichtingen gelden. Het is dus noodzakelijk om stil te staan bij de verschillende btw-gevolgen. Maar geen zorgen: daar helpen wij jou graag bij.
Heb je na het lezen van dit artikel specifieke vragen? Of heb je graag ons advies voor het kiezen van de gepaste samenwerkingsvorm? Aarzel dan niet om contact op te nemen met een PIA-kantoor in jouw buurt.

Meer weten over onze diensten?

We helpen je graag verder.

Contacteer ons